Blue Temple

Reisdag vandaag, we verlaten Bangkok en verhuizen naar Chiang Rai. Vanaf nu tot onze terugkeer naar Bangkok over drie weken is alles nieuw. Vanuit Eindhoven hebben onze buurtjes ons geadviseerd om de Grab-app (de über van Azië) te installeren. We nemen de proef op de som en na de installatie van de app op de telefoon bestellen we een taxi. Vanaf het moment van reserveren tot de uiteindelijke rit wisselt onze taxi zo’n vijf keer van chauffeur… Als dat maar goed gaat… Uiteindelijk staat onze Toyota gewoon om kwart voor acht voor de deur klaar en te wachten tot wij naar buiten komen. We zijn nog niet helemaal klaar met onze tassen maar dat maakt voor onze chauffeur niets uit, die wacht gewoon. Uiteindelijk stappen we een paar minuten voor acht naar buiten en gaan we via Suvarnabumhi International Airport naar Chiang Rai.

Kort nadat we geland zijn zitten we alweer in een andere Grab richting ons hotel. Het hotel valt meer in de categorie resort en ik ben bij aankomst aangenaam verrast. Ik had San en Floor gewaarschuwd dat het hotel (dat ik via GoogleMaps had bekeken) zich in een achteraf wijk bevond in de buurt van een industrieterrein. Dat blijkt dus (gelukig maar) alleszins mee te vallen. De kamer is ruim en schoon met een prima douche en toilet. Het zwembad ziet er goed uit en her en der liggen menukaarten. Een barretje bij het zwembad is echter niet te vinden, wel is er een telefoontoestel waarmee je naar de bar kunt bellen. Ook goed… Die zullen we op een later tijdstip eens uitproberen. Voor ons doen zijn we bijzonder effectief. We besluiten niet om op onze hotelkamer te gaan hangen en te internetten maar we trekken erop uit. We gaan naar de ‘blauwe tempel’. Het ritje naar de tempel kost ons 100 baht hetgeen gelijk staat aan zo’n tweeënhalve euro. We spreken met onze chauffeur af dat hij blijft wachten zodat hij ons ook weer kan terugbrengen naar het hotel. Het tempelcomplex is niet eens zo heel groot en lijkt in de verste verte niet op de tempels die wel al eerder bezocht hebben. Het blauw knalt werkelijk van de tempel en de beelden af! Wauw. Als een stel Japanners die Kinderdijk bezoeken lopen we al fotograferend en in een sneltreinvaart over het terrein. Als het het meeste hebben gezien, is het tijd om terug te keren naar onze chauffeur. We vragen hem om terug te rijden via de 7-Eleven om ons vrijwel direct te realiseren dat het nog geen vijf uur is. Dan maar een wat duurder hotelbiertje. De Chang Classic kost maar liefst 250 baht hetgeen gelijk staat aan zo’n zesenhalve euro. Da’s flink aan de prijs maar je krijgt dan wel 620 ml! Ik vind het prima, het is per slot van rekening vakantie. San en Floor zijn klaar voor het zwembad en voor de vorm loop ik even met ze mee. Nog voor ik goed en wel in een stoel lig ben ik al twee keer gebeten door een mugachtige. Op zich niet zo heel erg, maar die bulten die je krijgt… Jeuken!!! Na een minuut of tien komen San en Floor al uit het zwembad. Floor ziet eruit als een net te vaak gewassen wit washandje: grauw dus. Energielevel is nul komma nul. Terug naar de hotelkamer dus om even op te knappen. Terwijl San de huisapotheek opentrekt om mijn muggenbulten te behandelen ligt Floor een beetje verloren in bed. Onze conclusie: nog niets gegeten vandaag. Het is inmiddels vijf uur geworden en dus Happy Hour in de hotelbar. De bar oogt niet heel gezellig maar wij hebben dorst en Floor moet wat eten! Het worden dumplings. Nog voordat ik ook maar kan denken aan het stelen van een dumpling zijn ze al op! Floor knapt zienderogen op en daarmee is het tijd geworden voor een spelletje. Langzaam maar zeker wordt het tijd voor het avondeten. San heeft iets gevonden op anderhalve kilometer lopen van het hotel. Zoals wel vaker is de weg naar het restaurant leuker dan het het restaurant zelf, dat wil zeggen: Sold out. Op de voorgevel van het restautantje staat het echt, Sold Out. Geen man overboord, we hebben meer dan voldoende restaurantjes gezien tijdens onze wandeling. Uiteindelijk komen we terecht in een hele grote tuin, annex winkel, annex antiquair, annex restaurant… Tong Tung Restaurant is de naam. Hoewel het eten weer geweldig is, is het bier dat niet. Met schaamrood op onze kaken drinken we noodgedwongen een biertje met een klontje ijs. Onze ober ziet onze worsteling en zet de overgebleven fles bier in een champagnekoeler… Het maakt het enigszins draaglijk.