Dus toch…

tochGisteren hadden we zoals dat in autosporttermen heet een verbindingsroute met een totale reisafstand van ongeveer 350 kilometer. Met name de laatste 175 kilometer gaan rechtdoor en zijn daardoor behoorlijk saai. Tijdens ons korte gesprek met Elise van Explore Namibia gaf zij al aan dat we geen enkele reisdag hetzelfde landschap zouden zien. We genieten dus vooral van het eerste deel van de reis. Als we richting Walvisbaai en vervolgens naar Swakopmund rijden wordt de lucht geheel volgens verwachting grijs en grauw. Voor ons als geharde Afrika reizigers wordt het pas echt gênant als we in Swakopmund uit de auto stappen en met z’n drieën staan te klappertanden van de kou. Een kopje warme chocolademelk zou nu niet misstaan…

We besluiten deze dag met een homp vlees bij Joe’s Lighthouse. Floor krijgt een veel te vol bord met spaghetti bolognese. Door een misverstand met de bediening wordt de overgebleven spaghetti keurig in een doggiebag verpakt. Als de taxichauffeur ons heeft opgehaald en we naar buiten lopen, worden we door een klein mannetje van een jaar of tien aangesproken. Hij vertelt dat hij honger heeft. San geeft de verpakte spaghetti aan de jongen die zichtbaar blij vertrekt. Floor vraagt zich hardop af welk tafereel zich zojuist heeft afgespeeld. Als we dat hebben uitgelegd is ze behoorlijk onder de indruk. De komende dagen wordt er nog vaak aan gerefereerd.

Vandaag gaan we de toerist uithangen. Natuurlijk zijn we dat ook dus feitelijk hoeven we ons nergens voor te schamen. Hoe dan ook, vandaag maken we een boottochtje op zee. Rond de klok van acht uur worden we door de kapitein persoonlijk opgehaald en na een korte rit van een half uurtje komen we in de troosteloze haven van Walvisbaai aan. De zee is wat ruw dus het inschepen duurt wat langer dan gepland. Als we eenmaal aan het varen zijn, worden we welkom geheten door een paar pelikanen. Uiteraard allemaal voorgeprogrammeerd en onderdeel van de show. Maar ja, vandaag zijn we toeristen en dus vinden we het leuk! Voor Floor wordt het pas echt leuk als een zeehond zich aan boord meldt. De beesten zijn tam en klimmen met speels gemak de boot op. Omdat ze weten dat ze een lekker visje krijgen laten ze zich gewillig fotograferen en aanraken. De zeehonden blijven in de baai achter als wij koers zetten naar open zee. Gisteren zijn er maar liefst zes walvissen gespot. Vandaag houden we het op twee, dat maakt het echter niet minder indrukwekkend.

Het is aan de golfslag overigens goed te merken dat we op zee zitten. Een van onze medereizigers, een Vlaamse meisje wordt stiller, bleker en drinkt opeens geen bier meer maar een voorzichtig watertje. Als blijkt dat zich verder geen walvissen meer laten zien, draait de kapitein de katamaran richting baai waar we het laatste kunstje zich komt tonen. Een stuk of zes dolfijnen komen ineens te voorschijn en geven een showtje weg. Aan weerszijden van de boot zwemmen twee vissen met ons mee om ons na een paar minuten met een paar mooie sprongen gedag te zwaaien.

Inmiddels heeft Jackson (het hulpje aan boord) zich beziggehouden met de innerlijke mens. Er worden twee grote schalen met lekkere hapjes tevoorschijn getoverd en een schaal met zojuist geopende oesters. Vers uit de baai. Dit alles wordt geserveerd met een zoete bubbelwijn, laten we het Kellergeister noemen. Smaakt nergens naar maar ja, we zijn nu eenmaal toeristen. De oesters daarentegen smaken fantastisch. San wordt door mij uitgedaagd om ze ook eens te proeven. Voor de camera nota bene slaagt ze voor deze test. Ik ga nog snel voor een tweede ronde, een dergelijke buitenkans moet je natuurlijk niet aan je voorbij laten gaan. Eenmaal aangemeerd en terug in de bus vallen we alle drie als een blok in slaap.

Terug in Swakopmund doen we wat boodschappen en geven we Bennie de opdracht om een tafeltje te reserveren bij een restaurant in de buurt. Ik heb inmiddels kunnen pinnen maar voor de zekerheid en na aandringen van San checken we toch nog even het rekeningsaldo. Dus toch… ! Zeventienhonderd euro ben ik inmiddels lichter en slechts tweehonderd daarvan zitten in mijn portefeuille. Meteen de bank bellen en de pas laten blokkeren. Bah, wat een tegenvaller. Onze honger is direct voorbij en San annuleert bij Bennie de reservering. Onderweg naar Bennie komt San een ouder echtpaar tegen waarmee we al in Windhoek hebben kennisgemaakt. In het Nederlands kan ze even het hart luchten. Als San weer terug is in het appartement kan ze melden dat Bennie de luchthaven al heeft gebeld om ze te informeren dat er criminelen actief zijn.

Van het Nederlandse echtpaar heb ik inmiddels een fles wijn gekregen (“vanavond nog opdrinken”). Gelukkig kent de wereld ook nog dit soort mensen. De broodjes voor ons lunchpakket voor morgen gebruiken we maar als diner. Floor gedraagt zich als een engel en geeft me als betaalmiddel haar schelpjes die ze eerder vanmiddag gevonden heeft…