Koffie, een bij en sateh

De eerste vrije dag breekt aan, dat wil zeggen de eerste dag van de vakantie die we vrij hebben moeten nemen. We hebben een rit van zo’n zeven uur voor de boeg, kortom een reisdag. Om half zeven loopt de wekker na alweer een slechte nachtrust onverbiddelijk af. Vanacht is de stroom (lees: aggregaat) verschillende keren uitgevallen. Geen stroom betekent geen airco en dat betekent op zijn beurt weer ‘huffen en puffen’. In tegenstelling tot San en ik slaapt Floor gelukkig wel door. Als uiteindelijk het aggregaat weer dienst doet, blijft de airco dienst weigeren. Wat we ook proberen, we krijgen het ding niet aangezwengeld. Ons huisje is inmiddels weer warm en klam. Als we eindelijk toch weer in slaap vallen belsuit de airco dat hij klaar is met pesten en begint weer met het blazen van koude lucht. Heerlijk slapen we nog een paar uurtjes verder.

De ochtend in het Langkisau Resort begint met een halve douche. Het water is weliswaar warm maar de douchekop heeft z’n beste tijd gehad. Provisorisch wassen we ons en maken we onszelf klaar voor het ontbijt. Ook vandaag geen gebakken eieren met spek. We krijgen wel koude nasi goreng, wat fruit met toast en een mierzoet kopje thee. We vragen of we in plaats van de thee ook koffie kunnen krijgen. Gelukkig is dat geen enkel probleem. Opgelucht halen we adem, helaas maakt deze opluchting na het eerste slokje koffie al weer plaats voor teleurstelling.
Ook de koffie blijkt mierzoet en daarmee niet te drinken te zijn. Het kan niet anders, na een paar dagen Sumatra moet de titel van dit vakantieverslag zijn: Sumatra en de zoektocht naar koffie en bier…

De route die we vandaag rijden is geweldig en voert ons langs grote stukken jungle. Bij de eerste stop drinken we een kop koffie. Hoe is het mogelijk, ondanks onze vraag om zwarte koffie hebben ze het toch weer voor elkaar gekregen om suiker vloeibaar te krijgen. De koffie is werkelijk niet te drinken.
Ondanks de vieze koffie kunnen we wel even genieten van het moment. We zitten echt, in ieder geval voor ons gevoel, in de middle of nowhere tussen de locals en dat is precies wat we vooraf wilden.

Als Aries moet tanken vindt het voorlopig hoogtepunt plaats van deze dag. Terwijl de auto naast de pomp geparkeerd wordt pakt de pombediende met brandende sigaret tussen zijn lippen de slang en tankt de auto vol. Vol ongeloof kijken we naar onze gids. Een brandende sigaret en een tankinstallatie? We lachen het voorval weg alsof het de normaalste zaak van de wereld is.

De derde stop van de dag wordt gemaakt om wat wild te spotten. Hoewel we eerder vandaag wel wat apen hebben gezien, is dat geen garantie dat je zo maar groot wild ziet. We hadden nog zo gehoopt op gibbons of neushoornvogels maar helaas wordt ons geduld op de proef gesteld. Het omgekeerde gebeurt wel. Het is een bij die mij weet te spotten. Met een gericht schot spuit het beest met alles wat hij in zich heeft z’n gif in mijn neus. Dit doet echt “verrekkes” pijn. San pakt haar EHBO-set uit de tas en geeft me een zalfje op basis van eucalyptus waarbij spontaan mijn ogen beginnen te tranen. Ja, ja, flinke vent ben ik.

De laatste stop is bestemd voor een late lunch. De witte rijst en de tien schaaltjes met overige gerechten worden weer tevoorschijn getoverd. Kleine teleurstelling, de gerechten zijn beduidend minder lekker dan die van gisteren. Vies is het gelukkig ook niet en het kost bijna niets! Voor een paar euro hebben drie volwassenen en een kind hun buikjes meer dan vol.
Als afgerekend is stappen we nog eenmaal de auto in voor de laatste stop van de dag: ons hotel. Ik hoop van harte dat het een fatsoenlijk hotel is, we blijven immers drie dagen in hotel Mahkotha (Sungai Penuh). Het hotel voldoet, maar daarmee is dan ook alles gezegd. Direct bij binnenkomst wordt de toon gezet. Achter de receptie hangt een groot kleed waarop een ‘alleraardigst’ tafereeltje getoond wordt. Inheemse strijders met zwaarden hakken Nederlandse kaaskopen met geweren in de pan… Daarmee is de toon gezet.

Het hotel voldoet aan de basiseigenschappen die je een hotel toedicht, maar daarmee is dan ook alles gezegd. De eerste kamer die het personeel voor ons in petto heeft voldoet niet. We hadden immers een ‘suite’ geboekt. De tweede kamer is al een stuk beter alhoewel we ook daar normaal gesproken niet voor in de rij zouden staan. Als voorbeeld: onze badkamer heeft weliswaar een wastafel (goed nieuws) maar diezelfde wastafel heeft geen afvoer (slecht nieuws). Al het water, als we al water hebben, valt direct op de grond en zoekt door de badkamer een weg naar een afvoerputje… Tot slot moeten we genoegen nemen met wat lauw water, echt warm is het niet te noemen.

Als het weer tijd is om te eten hebben we maar een wens die Aries hoeft te vervullen. We willen sateh! Aries kijkt voordat we ergens plaatsnemen nauwgezet of het aanbod van eten kwalitatief goed genoeg is voor onze westerse magen. Het uitgezochte eettentje voldoet daar blijkbaar aan want we nemen meteen plaats. De sateh wordt voor in het zaakje gegrild terwijl wij achterin plaatsnemen. De rook als gevolg van het bakken van de rijst vult het kleine zaakje. Hoewel de maaltijd eenvoudig is, sateh met kleefrijst, smaakt het heerlijk. Een prima afsluiter van een prima dag!